Hier woonde jarenlang de familie Hakze, bekend geworden door de verkoop van ijs en later de exploitatie (door zoon Wietze) van de in 1962 gebouwde, naastgelegen woning die later werd uitgebreid met een cafetaria onder de naam ‘Hakse die bakt ze’.
Gegevens bouw
Oorspronkelijk: 1897, hoek ‘Nieuwe straatweg – Heidelaan’
Nijskjirrich
Hakze die bakt ze
Wat de Rivièra is voor een rijkaard, is de kiosk voor haar
(“Van een van onze verslaggeefsters”, Friese Koerier, 14 juni 1963)
ORANJEWOUD – Hakze die bakt ze. In Oranjeowoud en verre omstreken is dit een bekend gezegde. Dat kan ook haast niet anders, want Hakze bakt ze al vele jaren en niet alleen in Oranjewoud. Om precies te zijn is het zondag 16 juni 45 jaar geleden, dat het echtpaar Gerrit Hakze en Hansje Hakze-Post in de handel ging. Gerrit Hakze kan dit jubileum niet meer vieren. Hij overleed ruim een jaar geleden. Maar zijn vrouw kan nog maar steeds geen afscheid nemen van het bedrijf.
Toen het echtpaar Hakze in 1918 met een kar vol snoep begon, hebben zij niet kunnen voorzien, dat dit zou groeien tot een goed florerend bedrijf. Het was in die eerste jaren net waar vraag naar was. Op de ijsbaan was het chocolademelk en snoep, soms was het fruit en vis.
De eerste vier jaar bleven de heer en mevrouw Hakze in Oudeschoot. Daarna vertrokken ze naar Oranjewoud. “We namen wat er te krijgen was”, verteld mevrouw Hakze, die intussentijd ook nog wel eens een fietsenstalling dreef of als artieste op de planken stond.
Al spoedig begon men in Oranjewoud met het maken en verkopen van ijs. Met een kar, waarop ook de drie kinderen van het echtpaar zaten, trokken zij naar Lippenhuizen en naar Jaar, naar Akkrum en naar Wolvega, overal waar maar iets te doen was.
Later kregen ze ook verschillende standplaatsen, onder andere in Oranjewoud tegenover hotel Tjaarda en bij hotel Weener en in Heerenveen bij de Hoofdbrug en het station.
In 1927 kwamen er twee auto’s in plaats van één ijskar. Tot Meppel en Diever toe werden toen de voor- en najaarskermissen met een bezoek vereerd.
’s Winters kan men moeilijk ijs verkopen, dus werd er een andere bezigheid gezocht en gevonden: een schoolbiosoop, die ’s middags voor de kinderen draaide en ’s avonds voor de ouderen. Mevrouw Hakze trad dan weer op als conferencier en zangeres. Het kleine, door haar zelf geschreven toneelstukje ‘Hoe ouder hoe gekker’ trok ook nogal wat volk in hotel Tjaarda, toen ter tijd.
Leuk is ook, dat de eerst snoepleverancier, de firma Leenes te Heerenveen, nog steeds levert aan de Hakzes.
Ook midden-Nederland
Intussen heeft de oudste zoon van het echtpaar in midden-Nederland Hakze ook bekend gemaakt. Hij heeft in Amersfoort een cafetaria en een hotel. De jongste zoon heeft in Zeist een cafetaria gehad, maar drijft op het ogenblik met zijn vrouw de cafetaria aan de Prins Bernhardweg te Oranjewoud. Mevrouw Hakze zelf is nog iedere dag te vinden in de zogenaamde kiosk tegenover Tjaarda in Oranjewoud.
Ieder jaar maakte mevrouw Hakze een verjaardagsgedicht voor de heer Tjaarda. Vorig jaar maakte de heer Tjaarda een gedicht voor mevrouw Hakze.
Vandaag krijgen de leerlingen van de kleuterschool en van de lagere school te Oranjewoud ter ere van het jubileum van mevrouw Hakze allemaal een ijsje.
Een dokter zei eens tegen mevrouw Hakze: “Wat de Rivèra is voor een rijkaard, is de kiosk voor haar”. Zij is dan ook lang nog niet van plan haar koopvrouws-werkzaamheden te staken. “Ik zal proberen de 50 jaar te halen in de handel”, zegt ze. En als ze dat haalt, zal ze zeker weer proberen de 55 te halen, want het ziet er niet naar uit, dat mevrouw Hakze zonder haar ijs en patat kan. Mevrouw Hakze is op dit ogenblik doende onder de titel ‘Vervlogen tijden’ haar belevenissen op de schrijven.