STICHTING ORANJEWOUD HISTORIE

DE HEIDEBLOEM

Uit een zangvereniging werd in 1868 “Het reciteercollege en leesgezelschap De Heidebloem” opgericht. Het gezelschap begon met 45 leden, dat alleen uit mannen bestond.

Het was hetzelfde jaar als waarin de spoorlijn Meppel-Leeuwarden tot stand kwam, nog 10 jaar voordat Oranjewoud een school kreeg en daarmee de oudste vereniging van het dorp.

``De verheffing des volks``

De oprichting paste in de maatschappelijke ontwikkeling van die tijd, waarin “de verheffing des volks” een belangrijk item was. Het lerend en stichtend element trad bij de vereniging op de voorgrond.

Artikel 1 van het reglement luidde:

Het doel dezer vereniging is, door gepaste voorlezingen, voordrachten of nuttige samenspraken, door het lezen van geschikte boeken en zo doenlijk door het opvoeren van komediestukken, elkaar onderling de leren en te stichten. Daarom zal ieder lid verplicht zijn, gene ongepaste stukken voor te dragen of in het midden te brengen en voor de te lezen boeken zorg te dragen.”

Iedere vergadering werd – eerst door één lid, later door twee leden – een voordracht of voorlezing gehouden, zowel in proza als in poëzie. Tevens vond iedere vergadering de boekeninname en -uitgifte plaats. Het ontspanningselement ontbrak echter ook niet. Het vergaderseizoen werd steeds besloten met een feestelijke bijeenkomst, de z.g. ‘vrouwenvergadering’.

Het leren en stichten is in de loop der jaren op de achtergrond geraakt en ontspanning is de hoofdzaak geworden. Geleidelijk nam de animo voor het reciteren af en voor het kaartspelen toe (tachtigen en schutjassen). Daarom werd in 24 oktober 1923 besloten – voor één jaar op proef – tot ‘speelavonden’ over te gaan. Dit proefjaar voldeed zodanig, dat het kaartspelen de voorkeur kreeg. Daarmee werd: “De Heidebloem” een kaartgezelschap

De Heidebloem begon in Logement “Heidewoud” (nu Tjaarda), later verhuisde men naar “De Koepel”, waar speciaal een uitbouw werd gebouwd om toneel mogelijk te maken
Een van de eerste advertenties waarmee men aan de weg timmerde

De verschillende locaties

Men begon in 1868 in logement ‘Heidewoud’ (nu hotel ‘Tjaarda’), maar na een paar jaar kreeg men onenigheid met de uitbater, Smit, en toen verhuisde de vereniging naar ‘De Koepel’, tegenover ‘De Tent’. Beide gebouwen bestaan nu al jaren niet meer.
Door de dorpstimmerman werd een uitbouw aan de Koepel gemaakt, waarin een toneel kon worden opgebouwd.

Na enkele jaren, toen Smit vertrokken was naar ‘De Kom’ en toen Tjerk Joustra kastelein op Heidewoud was geworden, trok men naar deze zaak terug. Sindsdien bleef de vereniging Heidewoud, later Tjaarda, trouw. Tot 1946, toen men meende reden te hebben over te gaan naar hotel Weener. De ‘vrouwenvergaderingen’ (feestavond) werden toen in het ‘Badpaviljoen’, later ‘Tropenfauna’ gehouden.

Nadat Weener in 1970 door een felle brand werd verwoest, verhuisde men naar café “Oord”. Verkoop (en sloop) van deze gelegenheid bracht de vereniging naar café restaurant “Tropenfauna”, later bekend als restaurant Koningshof’, momenteel heet dit restaurant “Hof van de Koning”.

Tot 1946 resideerde De Heidebloem in logement ‘Heidewoud’. Daarna  ging men naar hotel Weener. De ‘vrouwenvergaderingen’ (feestavond) werden toen in het ‘Badpaviljoen’, later ‘Tropenfauna’ gehouden. Nadat Weener in 1970 door brand werd verwoest, verhuisde men naar café “Oord”.  Verkoop (en sloop) van deze gelegenheid bracht de vereniging naar Café restaurant “Tropenfauna”.

Dertien bijeenkomsten plus feestavond

Sedert het begin houdt ‘De Heidebloem’ in het winterseizoen dertien bijeenkomsten, om de twee weken. De eerste vergadering vindt plaats op de eerste woensdag van oktober, in maart wordt de laatste bijeenkomst gehouden: de “ôfrekkenjûn”, waarop aan de financiële verplichting moet worden voldaan.

De 14-daagse bijeenkomsten vangen aan om 19.00 uur en worden gesloten om ca 21.30 uur, waarna ieder huiswaarts gaat (reglement artikel 4). Dit is al 150 jaar zo geregeld!

Dertien bijeenkomsten, niet meer en niet minder, afgesloten met een viertiende ‘vergadering’, de ‘vrouwenvergadering’. Dit is een feestavond, waarop de dames van de leden en ook introducees mogen verschijnen. Daar zijn en worden voordrachten gehouden en lezingen gegeven of toneelstukjes opgevoerd.

Het aantal leden schommelde tussen de 20 en de 80 leden. Ze zijn/waren afkomstig uit Oranjewoud, Brongergea, Katlijk, Oudeschoot, Mildam, Heerenveen en een enkeling uit De Knipe, Bontebok, Rotstergaast en Ouwsterhaule.

Het Woudtrio verzorgde vaak de muzikale omlijsting van de ‘vergaderingen’ van De Heidebloem. Het trio bestond uit Trees en Karel Beck, zij woonden met hun ouders Martha en Jo Beck in de Van Eiklaan, later vernoemd tot Lollius Ademalaan en Eddy de Boer die destijds in de Altenalaan woonde. Ze speelden in Oranjewoud en wijde omgeveving etc. voor gymnastiek-, zang- en toneeluitvoeringen en soms een bruiloft.

De ``Beschermsters`` van De Heidebloem

Vanaf de oprichting tot 1953, met een korte onderbreking, heeft ‘De Heidebloem’ steeds een ‘Beschermster’ gehad. De eerste jaren was dat Jkvr. Maria Albertina Heringa Cats-de Rotte, van 1868 tot haar overlijden in 1879. Zijn woonde op het buiten ‘Klein Jagtlust’ en was de echtgenote van mr. Pieter Heringa Cats.

Daarna was een korte periode zonder beschermster, maar vanaf 1890 tot haar overlijden in 1912 was mevrouw Elske de Blocq van Scheltinga-van Heloma (1844-1912) beschermvrouw. Zij woonden destijds op het buiten ‘Oranjewoud’ en was de echtgenote van de in 1890 gepensioneerde burgemeester van Schoterland, mr. Hans Willem de Blocq van Scheltinga jr. (1836-1906).

Op 16 oktober 1912 werd mevrouw gravin Maria van Limburg Stirum de Blocq van Scheltinga beschermvrouwe. (1879-1942). Zij was gehuwd met Charles Louis Adrien Juste, graaf van Limburg Stirum (1877-1931).

De vierde beschermvrouw was mevrouw Cecilia Johanna De Blocq van Scheltinga, gravin van Limburg Stirum (1902-1953), van 4 november 1942 tot haar overlijden in 1953. Zij was de echtgenote van jonkheer Martinus de Blocq van Scheltinga (1900-1961).

Na het overlijden van mevrouw  Cecilia Johanna De Blocq van Scheltinga – gravin van Limburg Stirum krijgt ‘De Heidebloem’ geen beschermster meer.

Ook graaf Van Limburg Stirum werd door de leden van De Heidebloem op gepaste, traditionele wijze naar het graf begeleid.

Tradities

Aan het begin van de ‘vrouwenvergadering’ werd het eerste couplet van het Fries Volkslied staande gezongen door alle aanwezigen. Dit gebeurt ook al tientallen jaren niet meer.

De leden droegen bij sterfgevallen elkander naar het graf. Ook de bewoners van Huize Oranjewoud en aanverwante van de van Scheltinga’s werden door de leden van ‘De Heidebloem’ ten grave gedragen. Deze traditie is in oktober 1956 losgelaten.

Er was ook een flinke leesbibliotheek voor de leden beschikbaar. Maar in de loop der jaren en onder invloed van de moderne informatievoorzieningen werd deze op 3 december 1969, na 101 jaar, opgeheven. Toen werden de ca. 200 boeken en de boekenkast onder de leden bij opbod verkocht.

Op de vergaderingen stonden er twee potten pijptabak met de lange Goudse pijpen klaar voor de rokers. Tot ca. 1940 is dit volgehouden.

Op de vrouwenvergaderingen werd bij de koffie (grote) krakelingen verstrekt. Voor de dames was er eau de cologne beschikbaar en voor de heren sigaren. De ‘beschermvrouw’ zorgde voor ruim voldoende gebakjes.  ‘De Heidebloem’ had eigen ‘bediensters’, voor deze gratis verstrekkingen. De hospes zorgde, met zijn personeel, voor de betaalde drankjes.

Kaartclub 

Het begon 150 jaar geleden met voordrachten, toneel en spreekbeurten over alle mogelijke onderwerpen. De Heidebloem is langzamerhand overgegaan in een kaartclub, een gezellige soos waar de leden graag verschijnen in het winterseizoen. Het is na 150 jaar nog een bloeiende vereniging met een eigen sfeer en een sterke band onder de leden.