Eindelijk op 2 april 1908 dienden Hielke J. Hornstra, veehouder, en Jacob G. Brouwer, timmerman, te Oranjewoud bij de raad van Sehoterland een verzoek in om een eind te maken aan de slechte toestand van de Zandweg, en deze te verharden vanaf het Tolhek bij de Rijksstraatweg tot het dorp Oranjwoud. De eigenaren waren bereid deze weg in onderhoud en beheer aan de gemeente over te dragen, behoudens het houtgewas en een stuk van de Krukmanslaan. Ze zouden tevens ƒ 5500 ter beschikking van de gemeente stellen, binnen twee maanden nadat het besluit tot verharding was genomen. Echter behield de graaf Van Limburg Stlrum het recht enkele dagen per jaar het stuk vóór de Tent af te sluiten.
B. en W. waren sterk gekant tegen het laatste, maar de graaf hield vol. Merkwaardig is te lezen dat een argument van B. en W. dat bij deze voorwaarde de Staten geen 15 procent steun zouden geven, door de Graaf werd afgeweerd met een bericht van de Gedeputeerde Mr. Van Welderen Rengers dat dit bij Ged. Staten geen bezwaar zou maken, zodat B. en W. moesten toegeven. Op 24 juni 1908 nam de gemeente de weg in onderhoud en beheer over, en even later kon de ijverige commissie berichten dat de belanghebbenden hun steun verhoogden tot f 7000. Daar de begroting van Hornstra en Brouwer voor deze 1800 meter weg (2.80 breed) slechts ƒ 10.000 was en er ƒ 7.000 steun bij kwam (behalve nog wat de provincie zou geven) is het onbegrijpelijk dat men er niet direct mee begonnen is.
Een heel jaar liet men voorbij gaan! De raad had het plan goedgekeurd op 7 dec. 1908 en Gedeputeerden op 4 febr. 1909, en eerst maart 1910 lezen we een advertentie in Hepkema’s Courant dat de aanbesteding op 6 april zou worden gehouden in het gemeentehuis van Schoterland, waar de bestekken voor 50 ct. te krijgen waren.
De weg werd 1660 meter lang en de aardebaan 7 m. breed, het klinkerdek 2.80 m. Men moest eerste klas Waal-straatklinkers gebruiken, en voor de pompen 20 cm. gresbuizen. De veenlaag moest op sommige plaatsen worden uitgegraven, en door zuiver zand vervangen. Tevens werd de weg tijdelijk afgesloten, behalve voor de aanwonenden.
Het witte brugje moest 30 cm. verlaagd worden en 1 m. breder worden gemaakt. Er waren 16 Inschrijvers. De hoogste was K. F. Bosma te Bovenknijpe ƒ 12.678 en de laagsten Johs, de Haan en K. Hartstra te Heerenveen ƒ 9400, aan wie het werk werd gegund. Bij een begroting van ƒ 10.058,43 van opzicher Straatsma, werd deze weg met de steun van de inwoners dus een goedkoop zaakje voor onze gemeente, en hoefde men geen baatbelasting in te voeren.
Oranjewoud kon zich gelukkig prijzen van deze modderpoel af te zijn. Het dorp had een grote eensgezindheid tegen dit algemeen belang getoond!