Eigentijds
Tijdens de wekelijkse kerkdiensten is Johan Koers vooral een gedegen organist. Zijn composities zijn duidelijk eigentijds. Dat betekent voor de gemiddelde luisteraar dat zijn werk, zoals een recensent in een vakblad beschrijft, “herhaald luisteren vraagt… zijn oeuvre is niet altijd even toegankelijk, maar beslist belangwekkend”.
Muzikale wortels
Johan Koers vertelt gemakkelijk. Zo is te volgen hoe hij zich tot de musicus kon ontwikkelen die hij geworden is. Hij komt uit een muzikaal gezin. De familie bracht verschillende organisten, pianisten en slagwerkers voort. Zijn vader speelde ooit tuba in de Koninklijke Militaire Kapel. Als klein kind ging hij mee naar de kerk aan de Falkenaweg. Daar werd hij gefascineerd door het orgel. Al op zijn zevende begon hij orgel te spelen. Hij kreeg orgel- en pianoles. Johan Koers droomde van een loopbaan als organist en begon, na de middelbare school, aan de conservatoriumopleiding in Leeuwarden. Hoofdvak orgel, en bijvak piano. Al snel daarna bleek dat gezondheidsproblemen – een vergroeiing van zijn schouders – deze carrière in de weg stonden. Orgel spelen is fysiek zwaar. Hij beperkte zich tot minder zware, vaak toch bijzonder mooie, orgels, als bijvoorbeeld die in Heerenveen en Tjalleberd. Daarnaast gaf hij, tot voor enkele jaren, orgelles aan de muziekschool in Drachten. Nog heeft hij leerlingen.